Samenvatting
Veel oudste dochters zien zichzelf niet als leiders, maar zijn het wél. Ze vinden het normaal dat ze een organisatie leiden of een succesvol bedrijf opbouwen. Sterker nog, ze zijn vaak bescheiden over hun eigen rol en kritisch op wat ze nog beter zouden kunnen of moeten doen.
Aan de buitenkant hebben ze het prima voor elkaar, maar van binnen knaagt het. Ze werken steeds harder en hun lijf protesteert. Ze voelen zich regelmatig schuldig naar hun kinderen en partner, want doordat ze op het werk zoveel geven, zijn ze thuis niet de leukste versie van zichzelf. Ze hebben steeds vaker het gevoel dat ze overleven in plaats van leven. Ze ervaren een innerlijke onrust en vragen zich af: is dit het nu?
Ze weten wat ze niet meer willen, maar wat ze wel willen, hebben ze nog niet helder. Oudste dochters proberen dit alleen en zelf te ontdekken, want zo hebben ze het tenslotte altijd gedaan.
Als je dit herkent, zit je onbewust vast in de oudste-dochter-dynamiek. Je laat je leiden door wat anderen van je verwachten en neemt niet je eigen plek in. Je denkt dat je nog harder moet werken om een volgende stap te zetten en dat wil je niet meer. Tegelijkertijd wil je ook van betekenis zijn en het verschil maken voor de mensen om je heen en de maatschappij.
Dit boek geeft antwoord op:
– Wat is de oudste dochter dynamiek en hoe kun je die doorbreken?
– Waarom is het zo belangrijk om je eigen plek in te nemen en hoe doe je dat dan?
Aike Borghuis (1980) is een oudste dochter. Dochter en kleindochter van een oudste dochter. Zelf is ze moeder van twee dochters. Ze kent de-oudste-dochter-dynamiek dus door en door.
Sinds 2010 werkt ze vanuit het systemisch gedachtegoed. Toen ze bij ‘toeval’ ontdekte dat bijna al haar klanten oudste dochter zijn, is ze zich daarin gaan specialiseren. Ze werkt met oudste dochters op leiderschapsposities en ervaren ondernemers die de ambitie hebben van betekenis en waarde te zijn voor de samenleving.